Wat is de wereld toch groot (Rowwen Heze)

Posted by on Feb 17, 2013 in Logboek | 0 comments

Wat is de wereld toch groot (Rowwen Heze)

1 juli 2012 zijn we vertrokken en als we nu terugkijken is het zo cliche, maar wat gaat de tijd toch snel, en wat hebben we al veel zeemijlen gemaakt. We zijn op fantastische plekken geweest en veel van onze reisplanning loopt zoals we gehoopt hadden. Resume vonden we slechts de Algarve in Portugal en de Canarische Eilanden (op Isla Graciosa na) qua natuur en cultuur het minst bijzonder (wel hadden we hier super bezoek). De steden Porto en Lissabon een mooie afwisseling. De Kanaaleilanden waren onverwacht mooi, de Spaanse ria’s heerlijk ankeren en Marokko en Suriname hadden we echt niet willen missen. De Atlantische oversteek was eigenlijk perfect, ondanks dat we weinig zeedieren hebben gezien. Het moraal was goed en heeft ons veel over onszelf geleerd. Tobago en Trinidad; een land, maar zo verschillend – ongerept en bruisend. Werkelijk prachtig. Nu gaan we het Carieb in; helder (groen)turquoise water, witte stranden en wuivende palmbomen. Het paradijs?! Snorkelen met schilpadden, het rif langs om velen vissen en koraal te bekijken. We kwamen iemand tegen die hier al 7 jaar rondvaart en dat lijkt me veel te lang, maar dat hier menig huwelijksreis gepland is, kan ik wel begrijpen.

Woensdag 13 februari vertrokken we om 16:30 uur vanuit Trinidad Chaguaramas naar Union Island (the Grenadines). Een aan de windse koers met 17/18 knopen wind. De reis verloopt spoedig en in de nacht varen we maar liefst 7 knopen vooruit, met golven schuin van voren. De boot maakt zo nu en dan een flinke klapper, wat betekent dat we beiden niet erg goed slapen. De volgende ochtend blijkt het erg moeilijk om Grenada aan de oostkant te passeren, dus besluiten we via de westkant te gaan. We varen zijdelings over een actieve vulkaan, die in 1988 en 1989 nog is uitgebarsten. De wind trekt flink aan en de zon brandt gigantisch. Niets lijkt de zon te weren en in de middag besluiten we een tussenstop te maken bij Carriacou, Tyrell bay. We zijn hier een beetje illegaal, want het hoort bij Grenada en officieel moet je je dan inklaren in Hillsborough. Maar we zijn door de zon bevangen en weinig slaap maakt dat we alleen school doen, een duikje nemen en bijslapen. We waren het mangrove bos graag ingegaan (voor oa. mangrove oesters – het is tenslotte Valentijnsdag), maar zo’n kans komt nog wel.

De volgende ochtend vertrekken we dan ook naar Union Island, Clifton. De Grenadines. Een paar uur varen op de motor, want het is eigenlijk net niet bezeild. Om hier een kruisrak te steken, lijkt ons ook te ver gaan met 25 knopen wind en bijbehorende golven. In de middag komen we aan in Clifton. De baai is beschut door een rif en al waait het er enorm hard overheen, we gaan hier voor anker. We gaan meteen inklaren bij het vliegveld, waar wederom verveelde en chagrijnige ambtenaren zitten. Wat een nare baan heb je dan zeg. We vullen vele papieren in met – onvoorstelbaar – carbonpapier. Dat drukt dus niet 3x door, dus daarna alles nogmaals 2x overschrijven. ‘Wapens aan boord?, hoeveel drank?, de lengte en breedte van de boot, hoeveel ton, de kleur van de romp, welke motor, verzekering en uiteindelijk met hoeveel personen, stempel in je paspoort en afrekenen maar. Al met al 1,5 uur geduld.

We besluiten maar een lekker stokbrood op de kop te tikken en nemen een koude Carieb. De (huwelijks)reis in ‘The Winward Islands” kan beginnen!

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *